Achtergrond bij JIP8 – …and I become a wall
De muur
Oog in oog met de muur
Ik ben niet mooi of lelijk
Ik heb geen gezicht
Borst aan borst met de muur
Ik ben niet sterk of zwak
Ik heb geen ervaring
Oog in oog met de muur
Ik ben goed noch verschrikkelijk
Ik ben alleen
En jij
Met regenachtig haar en een doordringende wind
En jij keert je af
Waarom verschijn je tot me
In de vlucht van vlinders van krijt
Hier ben ik, zonder hart
Tegen de muur
En ik word een muur
In dit achtste project van Kamerkoor JIP – …and I become a wall – is ervoor gekozen om te focussen op de muziek en cultuur van voormalig Joegoslavië. Over de hele wereld zien we voorbeelden van polarisatie wegens vermeende verschillen in cultuur, taal, religie of ras. Een pluriforme samenleving waarin mensen met verschillende achtergronden en culturen vreedzaam naast en met elkaar leven lijkt voor veel mensen een utopisch beeld geworden. Muren worden opgetrokken, maar gelukkig elders ook afgebroken. Er zijn nog genoeg voorbeelden van waar het wel kan, of kon: in de regio van voormalig Joegoslavië leefden en leven mensen uit zeer verschillende culturen en invloedsferen al eeuwenlang samen.
De titel van JIP8 is een verwijzing naar het gedicht De Muur van de wereldberoemde Servische dichter Vasko Popa, dat door de Nederlands-Servische componist Gagi Petrovic op muziek is gezet. Vasko Popa vocht in de tweede wereldoorlog als partizaan en werd opgesloten in een Duits concentratiekamp in Bečkerek (het huidige Zrenjanin, Servië). Voor zijn treffende gedichten en teksten ontving Popa diverse prijzen waaronder de ‘Nationale Bevrijding van Joegoslavië’ – Prijs. Deze prijs werd in 1978 aan hem uitgereikt door de Joegoslavische Raad van Antifascisme. Hij schreef in een beknopte, modernistische stijl die sterk verwant was met het surrealisme en de Servische volkstradities en niets van doen had met het op dat moment heersende optimistische socialistisch realisme.
In zijn bijzondere mengelmoes van Servische traditie en moderne idiomen en abstractie was Vasko Popa uniek binnen de naoorlogse Oost-Europese literatuur. Popa had zelf in alle diepte ervaren dat de mens kan worden gereduceerd tot een dier van de politiek, een cijfer van de staat. Tegelijkertijd schreef hij ten tijde van de oorlog over een bewust menselijk wezen, die in alle diepte kan lijden en hopen, ook in tijden van oorlog en gevangenschap.
Dirigent Imre Ploeg schrijft over het gedicht: “ ‘En ik word een muur…’, een titel die ik op vele verschillende manieren door mijn hoofd heb laten gaan en die mij soms angstig maakt, maar vaak ook bemoedigend toespreekt. Petrovic heeft een vermoeden dat het gedicht een beeld geeft van de gevangenschap van Vasko Popa. Tegelijkertijd toonzette Petrovic het werk vanuit een persoonlijke, biografische ontwikkeling, die teruggevonden kan worden in de troostende en bevreesde woorden van Popa.”
De muur waar het gedicht over spreekt speelt echter niet alleen een persoonlijke maar ook een zeer historische rol binnen de thematiek van dit project. Het voormalige Joegoslavië kent een pijnlijke geschiedenis waarin in de jaren ’90 veel muren zijn opgetrokken tussen verschillende bevolkingsgroepen. Maar daar waar die muren stonden, worden steeds vaker weer bruggen gebouwd. Dwars door Mostar (een van de mooiste steden van Bosnië & Herzegovina) stroomt de Neretva rivier, die na 225 kilomater uitmondt in de Adriatische Zee. De stad Mostar werd gesticht in de 13e eeuw en had de enige brug over de rivier. Het was een houten brug, die regelmatig de geest gaf en opnieuw moest worden aangelegd. In de 16e eeuw gaf sultan Süleyman de Grote van het Ottomaanse Rijk de opdracht een stenen brug te bouwen; deze werd in 1557 tot 1566 gerealiseerd. In 1993 werd de oude brug (Stari Most) verwoest. In Mostar waren hevige gevechten uitgebroken tussen het Bosnische regeringsleger en de Bosnische Kroaten van de Kroatische Republiek Herceg-Bosna. In 2001 werd de brug echter herbouwd, onder supervisie van Unesco. De originele stenen werden uit de rivier gehaald en gebruikt om de brug in ere te herstellen. Vandaag de dag wordt de brug gezien als symbolische verbintenis tussen de katholieke Kroaten, de Bosnische moslims en de oosters-orthodoxe Serviërs; een symbool van eenheid. De werkelijkheid kent vandaag de dag nog niet dezelfde taal als de brug zelf; de spanningen tussen verschillende bevolkingsgroepen zijn nog lang niet verdwenen. Vlakbij de brug staat een tekst gebeiteld in de muur: “DON’T FORGET”.